de Labrador

Je hebt een Labrador als…

1. Op het hele werkblad van je keuken staan roestkringen, omdat de vuilnisbak daar heeft gestaan

2. Onder de bank ligt regelmatig een voorraad tennisballen, waar een sportwinkel minstens een week over zou doen om te verkopen

3. Elk kledingstuk, de bank, je bed en verder alles wat zacht aanvoelt, is bedekt met een laagje haren uit zijn vacht.

4. Er staan regelmatig afdrukken van hondenpootjes op je keukenkastjes.

5. Alle speelgoed piepbeestjes missen hun piepertje, alle pluche beesten hun vulling.

6. Je hebt een groter bed gekocht om je hond tevreden te stellen.

7. Je hebt een extra hoofdkussen gekocht om je hond tevreden te stellen.

8. Je hebt een stationwagen gekocht om je Labrador naar het bos / het strand / ander water te brengen.

9. Je achtertuin lijkt nog het meest op een plaats waar archeologische opgravingen worden gedaan. Zelfs de dino-botten ontbreken niet.

10. Je kinderen hebben nooit vuile handjes of gezichtjes.

11. Een paar schoenen vind je nooit bij elkaar. De meest waarschijnlijke afstand tussen linker- en rechterschoen is minimaal een meter of vijf.

12. Je hoeft nooit de keukenvloer te dweilen, omdat je Lab elke kruimel weghaalt, voordat jij erbij kan.

13. Je hebt geen wekker, je wordt elke morgen veel te vroeg gewekt door een stevige Labrador lik.

14. Ook in hartje winter staat het raam van je auto open, zodat je Labrador een frisse neus kan halen.

15. Je Kerstboom heeft een ballenvrije zone tot de hoogte van zijn staart.

16. Op alles wat je geverfd hebt, zitten wel een paar meegeverfde Labrador haren.

17. Je hout voor de openhaard ligt nooit netjes opgestapeld, omdat je Labrador wil bewijzen dat hij een echte Retriever is.

18. Je kunt in de winter nooit de vogels voeren: zowel het water als het voer zijn op voordat er ook maar een vogel aan kan komen.

19. Je hebt minimaal 1 vinger ooit gebroken of gekneusd, omdat je Labrador een prooi zag op straat.

20. Je hebt doorlopend een blauwe plek op je been ter hoogte van de staart van je Lab.

21. De plaats rondom zijn drinkbak is natter dan de drinkbak zelf, doordat je Lab drinkt en vergeet door te slikken.

22. Je bent de enige persoon in je omgeving die regelmatig tennisballen vindt in de afwasmachine.

23. Speelgoed, handschoenen, afstandbedieningen en andere kleine dingen liggen in kastjes of op planken.

24. Theedoeken in de keuken hebben altijd gaten.

25. Dingen die je kwijt bent, vind je meestal terug in de hondenmand of in de tuin. Anders liggen ze op plaatsen waar je ze nooit zou verwachten.

201j00410_83-border-border